Gelukkig zijn daar bramen, de Michelinmannetjes onder het bosfruit, die als ze echt goed rijp zijn smaken als heerlijke fluwelige bolletjes zoete herfst (maar let op, mijd te allen tijde de in een hermetisch plastic bakje verpakte zure clusterbommetjes die je voor drie euro koopt bij de supermarkt).
Enfin, vol met Franse bakdromen maakte ik een lijstje met benodigdheden voor mijn tarte aux mûre sauvage waarna ik een dag later in de groene zomerhitte met twee doosje aangenaam zoet ruikende bramen naar huis fietste. In mijn zweterige Rotterdamse nazomerkeukentje besloot ik dan ook om de plannen maar om te gooien: bramenijs!
Als zomer en herfst een culinaire baby zouden krijgen (bare with me) dan zou het tenslotte dit nazomerijs zijn. En zo niet dan toch, want het was te warm om te bakken en die gulzig gekochte berg bramen moest op.
Met klotsende plakoksels heb ik dus slagroom staan kloppen, bramen in de blender staan duwen en dit alles met een stevige wolk poedersuiker en gecondenseerde melk gemengd. Toen de bak met ijs-in-wording eenmaal afgedekt in de vriezer stond, ben ik de volgens het recept benodigde zes uur met mijn benen omhoog onder de parasol in mijn stadstuintje gaan zitten.
Gelukkig bleek het ijs ontzettend lekker. En met wat friszure (wel lekker!) aalbesjes en eventueel een lepel slagroom wordt het zelfs een bijzonder chique toetje. Zeker in de vintage kristallen likeurglaasjes van mijn oma.
Overigens maakte ik deze foto's op de meest ultiem stomende, alle-hitterecords-verbrekende herfstdag ooit, camera in de sportstand want in een split second stonden er twee doffe glaasjes met een treurig plasje paarse prut inclusief zieltogende bosvruchtjes voor me in plaats van een delicaat Hollands seizoensdessert.
Maar het is gelukt en als het dit weekend nou iets koeler is, zou je het zeker ook eens moeten proberen. Het recept is hier te vinden (waarbij je uiteraard de aardbeien vervangt door bramen).
Zowel de bloemenkrans als het ijs zijn kansloos met dit weer. |